Overslaan en naar de inhoud gaan

Verplichting om minstens over 1 elektronisch betaalmiddel te beschikken tegen 1 juli 2022

elektronisch betaalmiddel

Vanaf 1 juli 2022 moeten bedrijven ten minste één elektronisch betaalmiddel ter beschikking stellen van hun klanten. (Wetsontwerp DOC 55 2472, goedgekeurd door de plenaire vergadering van de Kamer op 10 maart 2022.)

Concreet betekent dit dat elke onderneming die een economische activiteit uitoefent, ten minste één elektronisch betaalmiddel zal moeten aanbieden, zoals:

  • de terbeschikkingstelling van een betaalkaartterminal (voor debet- en/of kredietkaarten);
  • smartphonetoepassingen;
  • de mogelijkheid om per overschrijving te betalen;

Dit begrip is bewust ruim opgevat om te kunnen inspelen op de technologische ontwikkelingen op het gebied van betalingen.

Betaalmiddelen zoals de betaling met maaltijdcheques/ecocheques/consumptiecheques en de betaling in cryptomunten of andere virtuele munten zijn uitgesloten uit het begrip elektronische betaling.

Merk op dat de verplichting om ten minste één elektronisch betaalmiddel ter beschikking te stellen de onderneming niet ontslaat van de verplichting om contanten in euro te aanvaarden.

Opgelet! Op de niet-naleving van deze verplichting staan sancties, namelijk boetes van 26 tot 10.000 euro.

Deze maatregel past in de beweging om ondernemingen te digitaliseren en in de strijd tegen fiscale fraude.