Overslaan en naar de inhoud gaan

Bouw wil heel jaar door wintertijd

Handen met wekker

Het Europees Parlement besliste in 2019 om de tweejaarlijkse overgang van winter- naar zomertijd en vice versa af te schaffen, maar dat is nog steeds niet gebeurd en het staat evenmin nog op de Europese agenda. “Jammer”, vindt Niko Demeester, CEO van Embuild, “want 7 op de 10 bouwondernemingen zijn gewonnen voor een permanente wintertijd.” Niet onlogisch, want dan hoeven ze ’s morgens niet al te lang te wachten op licht en dat maakt het werken, gezien de veel betere zichtbaarheid, ook stukken veiliger.

In de nacht van zaterdag op zondag schakelen we over naar wintertijd. Als het van de bouw afhangt, mag die wintertijd permanent worden ingesteld. Daardoor is het ’s morgens sneller dag, wat voor bouwbedrijven, die doorgaans heel vroeg aan hun werkzaamheden beginnen, veel beter uitkomt. Mocht men kiezen voor het permanent instellen van de zomertijd, zou het in volle winter pas klaar worden rond 10 uur ’s morgens. Opvallend: er is geen verschil tussen kleine en grote bouwbedrijven voor wat betreft de keuze voor wintertijd.

Niko Demeester, topman van Embuild: “Het is de meest verstandige optie voor de bouw om voor het permanent instellen van de wintertijd te kiezen. Dat was voor 1977 trouwens zo goed als altijd het geval in ons land. Die keuze komt het best overeen met de modus operandi van de meeste bouwbedrijven. Meer kunnen werken in de klaarte maakt het werk ook aangenamer én vooral een pak veiliger. Logisch, want werken met daglicht zorgt voor een veel betere zichtbaarheid.”

Embuild merkt tot slot nog op dat bouwondernemingen die toch voor de zomertijd opteren dat vooral doen om extraprofessionele redenen, bijvoorbeeld om sociale activiteiten te vervullen.